De Hoge Raad heeft een belangrijke uitspraak gedaan omtrent de vraag of de werkgever verplicht is na twee jaar ziekte van zijn werknemer in te stemmen met diens voorstel om de arbeidsovereenkomst te beëindigen onder toekenning van de transitievergoeding. Het betreft hier het beëindigen van de zogenaamde ‘slapende dienstverbanden’, een onderwerp dat al jarenlang ter discussie staat en waarover al veel is geprocedeerd.
Slapende dienstverbanden
Wanneer een werknemer twee jaar aaneengesloten ziek is, eindigt in beginsel de loondoorbetalingsplicht. De werkgever kan het dienstverband dan – wegens langdurige arbeidsongeschiktheid – beëindigen. Doet de werkgevergever dat niet, dan loopt het dienstverband inhoudsloos door. Zo een dienstverband wordt wel een slapend dienstverband genoemd: de werknemers zijn dus nog in dienst, maar werken niet en krijgen ook geen loon meer.
Sinds de invoering van de transitievergoeding hebben werkgevers een belang bij het laten voortduren van deze situatie. Zolang dit dienstverband niet wordt beëindigd, hoeft de werkgever ook geen transitievergoeding te betalen. Veel werkgevers vinden het onrechtvaardig dat zij een transitievergoeding moeten betalen indien een arbeidsovereenkomst wordt beëindigd wegens langdurige arbeidsongeschiktheid. Zij hebben immers voorafgaand aan de beëindiging al twee jaar lang het loon doorbetaald en kosten gemaakt voor de re-integratie van de werknemer.
Daarbij komt ook dat zodra de werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt, het recht op een transitievergoeding vervalt. Werkgevers houden de werknemers dus liever ‘gratis’ in dienst tot die tijd.
Werknemers zitten hier niet op te wachten, maar willen zelf hun arbeidsovereenkomst ook niet opzeggen omdat zij dan geen recht hebben op een transitievergoeding. Een impasse.
Wet compensatie transitievergoeding
Aan het argument dat werkgevers hoge kosten moeten maken wordt, volgens de wetgever, tegemoet gekomen nu op 1 april 2020 de Wet compensatieregeling transitievergoeding in werking treedt. Deze wet voorziet in een compensatieregeling voor werkgevers die na beëindiging van een dienstverband van een werknemer na langdurige arbeidsongeschiktheid een transitievergoeding hebben betaald.
Over deze compensatieregeling hebben wij u eerder geïnformeerd.
Volgens de wetgever is het doel van de compensatieregeling – met name – om een einde te maken aan de slapende dienstverbanden. Een plicht om tot beëindiging over te gaan is namelijk niet in de wet opgenomen. De Hoge Raad had zich echter nog niet over de slapende dienstverbanden uitgelaten, tot vorige week.
Einde slapend dienstverband als de werknemer daarom verzoekt
De Hoge Raad heeft geoordeeld dat een slapend dienstverband in beginsel behoort te worden beëindigd als de werknemer dat wenst en de werkgever geen redelijk belang heeft bij voortduring ervan. Dit brengt het goed werkgeverschap met zich mee, aldus de Hoge Raad.
Een redelijk belang van de werkgever om het dienstverband niet te beëindigen kan bijvoorbeeld gelegen zijn in de aanwezigheid van reële re-integratiemogelijkheden voor de werknemer.
Transitievergoeding
Concreet betekent dit dat een werknemer met een slapend dienstverband de werkgever een voorstel kan doen tot beëindiging. De werkgever zal gehouden zijn dit aanbod te aanvaarden, mits de werknemer geen hogere vergoeding claimt dan het bedrag aan transitievergoeding waarop hij recht zou hebben gehad als de werkgever het dienstverband direct na het einde van 2 jaar arbeidsongeschiktheid zou hebben beëindigd.
Als u meer wilt weten over de beëindiging van ‘slapende’ dienstverbanden en/of de berekening van de daarbij horende transitievergoeding, dan kunt u vanzelfsprekend contact met ons opnemen.