Eerder dit jaar werd bekend dat de Rijksoverheid gemeenten meer wettelijke bevoegdheden wil geven om vakantieverhuur via verhuurplatforms (zoals AirBnB) in goede banen te leiden.
Vrijdag 28 juni 2019 heeft de Ministerraad een daartoe strekkend wetsvoorstel aangenomen. Kort gezegd komt het wetsvoorstel er op neer dat in de Huisvestingswet wordt opgenomen dat:
- In de gemeentelijke Huisvestingsverordening een registratieplicht kan worden ingevoerd voor verhuurders;
- De registratieplicht kan worden uitgebreid met een eveneens in de gemeentelijke Huisvestingsverordening op te nemen meldplicht (per verhuring) en een vergunningplicht.
Van belang is dat zowel in geval van invoering van een registratieplicht, als het uitbreiden daarvan met een meldplicht en een vergunningplicht, gemeenten een maximaal aantal dagen kunnen bepalen waarin toeristische verhuur van woonruimte is toegestaan.
De maximale boete voor overtredingen van de Huisvestingsverordening wordt in het Wetsvoorstel verhoogd naar maar liefst € 83.000,=.
Het wetsvoorstel wordt nu voor advies gezonden aan de Raad van State. Omdat het wetsvoorstel door verschillende spelers in het veld kritisch is ontvangen (o.a. strijd met artikel 1 Eerste Protocol bij EVRM en de Dienstenrichtlijn), dringt zich de vraag op of het wetsvoorstel ongeschonden de toets van de Raad van State zal doorstaan.
Over het verdere verloop van het wetgevingsproces en de gevolgen daarvan de toeristische verhuur van woonruimte zullen wij u blijven informeren.