De Raad van State heeft zich onlangs kritisch uitgelaten over een wetsvoorstel van het kabinet om de griffierechten in het bestuursrecht drastisch te verhogen. Dat blijkt uit een brief van de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 30 mei 2011 aan minister Opstelten van Veiligheid en Justitie.
Het wetsvoorstel voorziet erin om de griffierechten in het bestuursrecht te verhogen, zodat zij meer kostendekkend zijn. Griffierechten zijn bedragen die betaald moeten worden om een procedure aanhangig te maken bij de bestuursrechter. De bestuursrechter oordeelt (in veruit de meeste gevallen) over geschillen tussen de burger en de overheid.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak geeft in zijn brief aan de voorgestelde verhoging als zeer substantieel te ervaren. Aan de hand van voorbeelden stelt hij vast dat de hoogte van het griffierecht ruim vier keer hoger dreigt te worden dan nu het geval is. De Voorzitter benadrukt dat een dergelijke verhoging een breuk vormt met het uitgangspunt dat de bestuursrechter voor de burger zonder al te veel kosten te benaderen is. De Voorzitter vreest dat het bestuursrecht in de toekomst te duur wordt voor burgers. Hoewel de Voorzitter niet iedere verhoging van het griffierecht beoogt te bestrijden, betwijfelt hij of de motieven die de minister aan het wetsvoorstel ten grondslag heeft gelegd de zeer substantiële verhogingen wel rechtvaardigen.
Gelet op het bovenstaande is nog maar te bezien of het wetsvoorstel in zijn huidige vorm de parlementaire eindstreep zal halen. Hoewel het wetsvoorstel zich nog in de consultatieronde bevindt, zal de afdeling Advisering van de Raad van State immers ook nog advies moeten uitbrengen.
LRT-advocaten juicht de brief van de Voorzitter van harte toe. Met de Voorzitter is LRT-advocaten van oordeel dat het bestuursrecht laagdrempelig en betaalbaar moet blijven voor de burger. Bestuursrechtspraak vertegenwoordigt een belangrijke maatschappelijke functie. Het bestuursrecht dient er niet voor de overheidskas te spekken.