Een meerderheid in de Tweede Kamer heeft op 16 mei jl. ingestemd met het initiatiefvoorstel van de PvdA en de ChistenUnie om tijdelijke huurcontracten af te schaffen (Wet vaste huurcontracten). Daarmee wordt het vaste huurcontract weer de norm.
Tijdelijke verhuur
Op 1 juli 2016 is de Wet doorstroming huurmarkt 2015 in werking getreden. De wetgever probeerde met deze wet de doorstroming op de huurmarkt te verbeteren en het scheefwonen tegen te gaan. Sinds 2016 is het daarom mogelijk om tijdelijke huurovereenkomsten voor maximaal twee jaar te sluiten voor zelfstandige woonruimte. Deze tijdelijke contracten zouden moeten leiden tot een groter aanbod van huurwoningen. Het vaste huurcontract zou de norm blijven.
Wet vaste huurcontracten
Na de plannen het kabinet om de middenhuur te reguleren, is nu het volgende wetsvoorstel aan de orde. Het wetsvoorstel schrapt de mogelijkheid voor verhuurders om algemene tijdelijke huurovereenkomsten aan te bieden voor zelfstandige woningen. De verruiming die per 1 juli 2016 was ingegaan op dit punt wordt weer teruggedraaid. Het wetsvoorstel zal direct van toepassing zijn op alle nieuwe huurovereenkomsten. Daarmee wordt een huurovereenkomst voor onbepaalde tijd weer de norm. Het doel van dit wetsvoorstel is om huurders meer zekerheid te bieden.
Uitzonderingen
Onder een aantal voorwaarden zal tijdelijke verhuur nog mogelijk blijven. Het gaat om de volgende gevallen:
- Het opnieuw bewonen door de verhuurder of de voorgaande huurder (tussenhuur/ diplomatenclausule);
- De woning is nodig voor een familielid (ouders of kinderen);
- Mensen zijn gaan samenwonen en de eigenaar weet nog niet zeker of hij de woning in de toekomst wil houden of deze woning wil verkopen;
- Doelgroepencontracten voor onder andere studenten (campuscontracten), ouderen en gehandicapten;
- Verhuur naar zijn aard van korte duur (vakantieverhuur, woningen die gesloopt worden, woningen die in het kader van de Leegstandswet te huur staan).
Eerste Kamer
Het wetsvoorstel is met twee amendementen op 16 mei jl. aangenomen. Het voorstel moet nog door de Eerste Kamer worden behandeld. Als het voorstel ook hier wordt aangenomen, dan zal de wet in werking treden op een nog nader te bepalen moment.
Conclusie
Met dit voorstel krijgen huurders meer huurbescherming. De wijziging leidt ertoe dat verhuurders in de regel alleen vaste huurcontracten kunnen aanbieden (huurovereenkomsten voor onbepaalde tijd). Tijdelijke verhuur blijft mogelijk onder bepaalde voorwaarden. Wat de effecten zullen zijn van deze nieuwe wetgeving (en of deze maatregel de krapte op de huurmarkt zal doen afnemen) zal de toekomst uitwijzen.