Arbeidsrecht

Het ‘loon’-begrip in het kader van (onder meer) de transitievergoeding

De eerste tranche van de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) is met ingang van 1 januari 2015 van kracht geworden. Over de WWZ hebben wij gedurende 2014 meerdere nieuwsberichten op onze website geplaatst. Meer informatie over de WWZ treft u aan op onze website: WWZ-wijzigingen

De WWZ introduceert twee nieuwe vergoedingen, te weten (i) met ingang van 1 januari 2015 een vergoeding die aan de werknemer moet worden voldaan indien de werkgever de aanzegtermijn niet in acht heeft genomen; en (ii) per 1 juli 2015 de transitievergoeding. Betreffende beide vergoedingen maakt de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in het recent verschenen “Besluit loonbegrip vergoeding aanzegtermijn en transitievergoeding” duidelijk wat in dat kader onder loon moet worden verstaan.

(i) Vergoeding bij verzuim aanzegging
Een werkgever is vanaf 1 januari 2015 verplicht om minimaal één maand voor afloop van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van 6 maanden of langer de werknemer te informeren óf de arbeidsovereenkomst zal worden verlengd en zo ja, onder welke voorwaarden. Laat de werkgever dat na, dan is een boete verschuldigd van 1 bruto maandsalaris. Zegt de werkgever wel aan, maar te laat, dan is een pro rata boete verschuldigd, overeenkomstig de duur van de vertraging.

Voor de vergoeding in verband met de aanzegtermijn wordt volgens het besluit onder loon verstaan: het bruto uurloon vermenigvuldigd met de overeengekomen arbeidsduur per maand. Slechts op grond van het ‘kale’ uurloon wordt de vergoeding berekend. Dit betekent dat andere looncomponenten (vakantiebijslag, winstdeling, vaste eindejaarsuitkering, overwerktoeslag, etc.) buiten het begrip loon in het kader van een boete voor een te late aanzegging vallen.

Een uitzondering geldt in het geval het loon van een werknemer geheel of gedeeltelijk bestaat uit provisie (commissie) of stukloon. Alsdan wordt hetgeen aan provisie en/of stukloon is verdiend in de twaalf maanden voorafgaand aan het moment waarop de arbeidsovereenkomst eindigt bij elkaar opgeteld en gedeeld door 12. De uitkomst hiervan wordt vervolgens opgeteld bij het hierboven beschreven loonbegrip. Bij een dienstverband korter dan 12 maanden wordt dit naar rato berekend.

Indien geen vaste arbeidsduur is overeengekomen (bijvoorbeeld bij oproep- of min/max-contracten), wordt het loon berekend door het gemiddelde (kale) loon te nemen dat is verdiend in de twaalf maanden voorafgaand aan het einde van het dienstverband. Als het dienstverband korter dan 12 maanden heeft geduurd, heeft het gemiddelde (kale) loon te gelden dat is verdiend gedurende het dienstverband.

(ii) Transitievergoeding
Bij de berekening van de transitievergoeding moeten vakantiebijslag, vaste eindejaarsuitkering en andere vaste looncomponenten wel bij het (kale) loon worden opgeteld. De eventueel overeengekomen variabele looncomponenten (bonussen, winstuitkeringen en eindejaarsuitkeringen) worden vervolgens daar weer bij opgeteld.

De waarde van de vakantiebijslag en vaste eindejaarsuitkering (per maand) wordt berekend door 1/12e te nemen van het bedrag waar de werknemer binnen twaalf maanden aanspraak op zou hebben gehad bij voortzetting van de arbeidsovereenkomst. Er wordt wat dit betreft dus gekeken naar wat de werknemer in de toekomst nog had verdiend.

De waarde van de (overige) vaste looncomponenten (per maand) wordt berekend door 1/12e deel te nemen van hetgeen de werknemer heeft verdiend in de 12 maanden voordat de arbeidsovereenkomst eindigt. Hier wordt dus gekeken naar wat de werknemer in het verleden heeft verdiend. Een eventuele ploegentoeslag en/of overwerkvergoeding heeft te gelden als vast looncomponent waarbij het niet van belang is of deze structureel is/zijn uitbetaald of niet.

Voor de waarde van de variabele looncomponenten (per maand) moet 1/36e worden genomen van hetgeen de werknemer heeft ontvangen in de drie kalenderjaren voorafgaand aan het jaar waarin de arbeidsovereenkomst eindigt. Indien de werknemer minder dan 36 maanden heeft gewerkt voorafgaand aan het jaar waarin de arbeidsovereenkomst is geëindigd, dan wordt de berekening naar rato aangepast. Niet overeengekomen variabele looncomponenten, zoals bijvoorbeeld een gratificatie, tellen niet mee. Ook hier wordt dus gekeken naar wat in het verleden is verdiend. Opvallend is dat, in afwijking van de kantonrechtersformule, dus ook de niet structureel toegekende overeengekomen variabele looncomponenten bij het berekenen van de transitievergoeding worden meegerekend.

Voor meer informatie of vragen over het bovenstaande kunt u contact opnemen met mr. Ron Andriessenmr. Francis ten Broeke of mr. Liza Krijgsheld van de sectie Arbeidsrecht.

Labré advocaten stelt haar nieuwsberichten zorgvuldig samen op basis van de op dat moment geldende regelgeving. Onze nieuwsberichten kunnen door de actualiteit worden achterhaald en hebben een algemeen karakter waardoor zij niet als juridisch advies kunnen worden beschouwd.

Dit artikel delen: